Na 95 jaar komt er een einde aan de Koninklijke fanfare Broedermin

Na 95 jaar komt er een einde aan de Koninklijke fanfare Broedermin

Op zondag 26 juni 2022 klonk tijdens de Parkfeesten voor de laatste maal de muziek van de Koninklijke fanfare Broedermin uit Sterrebeek. Begin 2022 heeft het bestuur van de fanfare na lang beraad en met pijn in het hart het besluit moeten nemen om de activiteiten stop te zetten.

Onze dirigent ging stoppen in juli dus waren we genoodzaakt een nieuwe dirigent te gaan zoeken. Maar ons ledental loopt langzaam terug en de leden verouderen. Wij hebben talloze pogingen gedaan om nieuwe en jonge leden aan te trekken maar dat lukt niet of nauwelijks. Het is vandaag de dag alsmaar moeilijker om mensen te vinden die zich willen engageren in een vereniging en mee komen spelen op een regelmatige basis. Daarnaast komt er ook minder volk bij onze concerten en eetfestijnen. Dat maakt dat een kleine groep moet opdraaien voor veel werk. Ook financieel gaat het niet goed.

Vandaar ons besluit om beter nu te stoppen in plaats van langzamerhand weg te zakken.

Ik citeer uit het programmaboekje van het 50-jarig bestaan in 1977:

Onze maatschappij werd gesticht in het jaar 1927 en kreeg de naam "Fanfare Broedermin".

De pioniers waren: Ere-Voorzitter Florent Craessaerts, Voorzitter Pierre Vanderschelde, Secretaris Henri Von Esschen, Kassier Henri Van Eychen; de muziekbestuurder was Theo Banken en de onderbestuurder Petrus Vandermosten.

Het eerste waar het bestuur moest voor zorgen was een lokaal inrichten en een zaal om de herhalingen te houden. Dit is gebeurd bij Petrus Vandermosten, Mechelse Steenweg, het huidige lokaal, bij André Bruggemans.

Onze maatschappij groeide snel, want drie jaar na de stichting telden wij 32 spelende leden en 66 ere-leden. In 1930 werd onze eerste houten plaat met de benaming van de vereniging vervangen door een vaandel. Dit ging gepaard met kleine feestelijkheden. In 1935 durfden wij het aan deel te nemen aan de internationale muziekwedstrijd te Tervuren. Al de wilskracht en de moed van onze muziekbestuurder, Theo Banken, en onze groep muzikanten, die ondertussen gegroeid was tot 44, was niet nutteloos geweest. De uitslag luidde als volgt: eerste prijs voor concertuitvoering, eerste prijs voor stapwedstrijd, eerste prijs voor de dirigent, een bemoedigende uitslag. Datzelfde jaar gaven we een muziekconcert op de Wereldtentoonstelling te Brussel, een concert te Wezembeek-Oppem, en te Kraainem een gezamenlijk concert met drie fanfares, nl. Leefdaal, Kraainem en Sterrebeek (100 uitvoerders). Na 10 jaar bestaan, in 1937, richten wij zelf een muziekfestival in waarop niet minder dan 28 maatschappijen waren uitgenodigd. Bij het uitbreken van de oorlog, in 1940, werden de boeken gesloten tot na de vijandelijkheden. Melden wij ook dat in 1943 onze geliefde muziekmeester, Theo Banken, was overleden en dat wij terug van start zijn gegaan in 1945 met als dirigent Alfred Schoonjans. Toen telden we 34 spelende leden. Met nieuwe moed zijn we terug de muziekkunst beginnen te beoefenen, zo dat we in 1948 opnieuw naar een muziekwedstrijd gingen, ditmaal te Sint-Pieters-Woluwe waar we eveneens een eerste prijs wegkaapten. In 1951 sloot onze maatschappij aan bij het Muziekverbond van België, onder het nummer B/191 en werden alle bestuursleden en muzikanten verzekerd tegen gebeurlijke ongevallen bij uitstappen of verplaatsingen. In 1952 kreeg onze fanfare de eer de titel te dragen van KONINKLIJKE MUZIEKVERENIGING BROEDERMIN. Bij die gelegenheid werden er tal van feestelijkheden ingericht op de J.M. Derscheidlaan. Op diezelfde laan werden nadien door onze vereniging jaarlijks verscheidene Vlaamse Kermissen ingericht onder prachtige gekleurde verlichting.

Aan tal van festivals en muziekconcerten namen we deel, alsook aan de jaarlijkse processies in de gemeente. In 1973 stapten we voor de eerste maal uit in een prachtig uniform, door de maatschappij of de leden betaald.

Wij zouden aan onze verplichtingen te kort komen moesten wij de leden en muzikanten, welke in die afgelopen jaren hun best hebben gedaan voor de groei en bloei onzer maatschappij, niet bedanken. Een speciale vermelding verdient de familie Vandermosten voor al het werk dat zij heeft gedaan. Van bij de stichting was het vader Vandermosten met zijn vijf zonen die de rangen aanvulden; Pikke Vandermosten heeft als onderchef tal van jongeren de muziek aangeleerd. Deze taak werd later overgenomen door zijn zoon Frans, die de muziekschool van Schaarbeek heeft gevolgd en van 1951 tot 1971 in de Muziek-kapel van de Luchtmacht heeft gespeeld. Melden wij ook dat Frans als onder-chef verscheidene jongere muzikanten aan de lessenaar heeft gebracht en dat hij daarbij nog 20 jaar lang de taak op zich had genomen van secretaris van de fanfare. Hij stichtte ook de muziekschool van de maatschappij, die nu bestuurd wordt door René Pieters. Deze geeft notenleer en muziekles iedere vrijdag vanaf 18 uur in het lokaal, Mechelse Steenweg 131. Deze lessen zijn kosteloos. Ouders die hun kinderen er willen naar toe sturen wenden zich tot René Pieters, Moorselstraat 3 of tot Frans Vandermosten, Tramlaan 84.

De fanfare Broedermin ontstond in 1927 als afsplitsing van de Koninklijke Fanfare Sint-Pancratius. Wie daar meer over wil weten verwijs ik naar de toespraak die de laatste voorzitter van Sint-Pancratius, Frans Vanderschelde, hield bij ons 90-jarig bestaan in 2017:

Deze splitsing heeft wel degelijk grote gevolgen gehad. Sommige families vielen
uiteen in twee kampen. Tijdens de periode tussen de twee wereldoorlogen zouden de beide fanfares zich meer en meer vereenzelvigen met de meerderheid en/of de oppositie in de gemeenteraad. Pancratius met de “blauwen”, Broedermin met de “tsjeven”.  De onderlinge wedijver was lang voelbaar en toen het slecht ging met Sint-Pancratius in 1999 en de beide besturen overeengekomen waren om te fuseren stemden een aantal muzikanten van Sint-Pancratius tegen en ging de fusie niet door.

De repetities (de “herhalingen”) vonden plaats in het café van Petrus (“Pikke”) Vandermosten aan de Mechelse steenweg, beter bekend als zaal “de Toekomst” in café “Bij Mimi”. Voor Vandermosten was dat geen slechte keuze want de maatschappij betaalde na de repetitie steevast een drankje voor de muzikanten. Deze traditie is eigenlijk pas enkele jaren geleden afgeschaft uit financiële overwegingen.

Het reilen en zeilen van de fanfare werd geregeld in het regelement van 1936: http://www.broedermin.be/nl/assets/File/regelement_1936.pdf, een lezenswaardig document met onderaan bekende namen uit Sterrebeek, Corbeel, Vanderschelde, Crassaerts, Bilterest, Verdijen.

In 1930 al kreeg de maatschappij een eigen vaandel, een kostbare investering, dat tot op de dag van vandaag in goede staat is bewaard. In het lokaal vond ik enige jaren gelden de erepenning die werd uitgereikt bij de inhuldiging op 11 mei 1930. Toen de fanfare in 1957 bij haar 25-jarig bestaan het predicaat “Koninklijk” mocht gaan voeren werd op het vaandel een kroon en de toevoeging “Koninklijke” boven de naam geborduurd.

 In 1977 bij het 50-jarig bestaan werd er een nieuwe modernere vlag aangekocht. Waarschijnlijk was deze makkelijker te dragen tijdens processies en optochten (o.a. de 11 november viering, de bevrijdingsstoet of de opening van de kermis).

Vele bekende Sterrebekenaren, soms hele families, hebben door de jaren heen bijgedragen aan het wel en wee van de fanfare maar één persoon wil ik hierbij toch nog apart vermelden: August Vandermosten! Bij zijn overlijden in 2007 schreef de toenmalige voorzitter Luc Tops de volgende woorden:

“August, Gust voor de talloze vrienden, was klein van gestalte maar zeer groot van hart. Personen die het voorrecht genoten Gust gekend te hebben zullen hem herinneren als een blijmoedig goedlachse persoonlijkheid. Zijn steeds verzorgd voorkomen was een weerspiegeling van zijn voorname omgang met alle muzikanten.

Gust was de jongste zoon van de oprichter van Broedermin. Gedurende een zeventigtal jaren bespeelde hij zijn geliefkoosde instrument, de bugel, bij onze vereniging. Een repetitie werd enkel uit overmacht overgeslagen. Zijn permanente aanwezigheid op alle activiteiten van Broedermin maakten van hem een voorbeeld voor elke amateurmuzikant. Geen weekend ging voorbij zonder dat Gust één of meerdere concerten van bevriende maatschappijen had bijgewoond. Hij was een waardig ambassadeur van Broedermin, een PR-man avant la lettre.”

De instrumenten van de fanfare hebben inmiddels een goede bestemming gevonden bij andere verenigingen. Daarnaast is er veel historisch materiaal, zoals de beide vaandels maar ook talloze foto’s en ledenregisters. Ik ben momenteel bezig dit alles te inventariseren om samen met de beheerder van de heemkundige kring ervoor te zorgen dat er niets verloren gaat.

Alle informatie over de geschiedenis van Broedermin vindt U elders op onze website op de volgende pagina: http://www.broedermin.be/geschiedenis/

Dick Nieuwenhuis, ondervoorzitter